Skiduim
Bij een skiduim is de gewrichtsband die aan de binnenzijde van de duim ligt (ulnaire collateraal ligament) gescheurd, verrekt of verslapt. Een beschadigde gewrichtsband kan leiden tot instabiliteit van het middelste duimgewricht. Ongeveer 10 procent van alle ski-ongelukken bestaat uit dit letsel, vandaar de naam.
Klachten
Een pijnlijke en gezwollen binnenzijde van het middelste duimgewricht. Daarnaast leidt instabiliteit van het aangedane gewricht tot krachtverlies.
Oorzaak
Meestal een ongeval.
Mogelijke behandelingen
Algemeen
Als de gewrichtsband is verrekt of slechts gedeeltelijk ingescheurd door acuut letsel, is een operatie niet nodig. Een spalk gedurende drie tot zes weken kan volstaan. Soms werkt deze behandeling echter niet en moet er alsnog worden geopereerd. Dit is ook het geval wanneer de gewrichtsband volledig is gescheurd of wanneer er losse botfragmenten zijn. De losgescheurde band wordt dan gehecht of opnieuw vastgezet aan het bot. Soms kan de gewrichtsband worden gereconstrueerd met behulp van een peestransplantaat. Is er sprake van gewrichtsslijtage, dan zal het gewricht worden vastgezet.
Risico’s
Bij elke operatie bestaat een kans op complicaties, zoals een infectie, een bloeding of pees/zenuwletsel. De kans hierop is minimaal.
Nazorg
Na de operatie gaat er een gipsspalk om de duim. Deze moet ongeveer vier weken blijven zitten. Daarna kan de patiënt starten met oefeningen onder begeleiding van de handtherapeut.
Resultaat
Het resultaat van een skiduimoperatie is veelal goed. Wel kan het geopereerde gewricht iets stijver aanvoelen dan voorheen.